Zo’n 20 procent van de vrouwen die een vruchtbaarheidsbehandeling als ivf heeft ondergaan om voor het eerst zwanger te worden, kan erna op natuurlijke wijze in verwachting raken. Zo wijst een nieuwe studie uit.
Het wordt vaak als een klein wonder beschouwd als een vrouw op de natuurlijke manier zwanger raakt, na eerst een kindje te hebben gekregen via een vruchtbaarheidsbehandeling. Maar een nieuwe studie, geleid door onderzoekers van University College London, wijst uit dat dit vaker voorkomt dan gedacht. Een op de vijf vrouwen zou na een vruchtbaarheidsbehandeling als ivf of ICSI (intracytoplasmatische sperma-injectie) zwanger kunnen raken op ‘normale’ wijze. Dat schrijven de Britse onderzoekers in het wetenschappelijke blad Human Reproduction.
Niet zo zeldzaam
De onderzoekers voerden een zogeheten meta-analyse uit, waarbij ze elf studies onder de loep namen. Daarin stonden gegevens van meer dan vijfduizend vrouwen van over de hele wereld die een baby hadden gekregen na een eerdere vruchtbaarheidsbehandeling en waarbij gegevens beschikbaar waren over de natuurlijke conceptie na die behandeling.
Alle data uit deze studies werden vervolgens samengevoegd en geanalyseerd met behulp van statistische methoden om de kans op een natuurlijke zwangerschap te bepalen. Zo ontdekte het team dat minstens één op de vijf onderzochte vrouwen op natuurlijke wijze zwanger werd nadat ze eerder een baby hadden gekregen met behulp van ivf of ICSI.
Veel artsen vertellen ouders nog altijd dat het zeldzaam is dat een vrouw op natuurlijke wijze zwanger wordt als ze eerder een vruchtbaarheidsbehandeling heeft ondergaan. De Britse onderzoekers willen juist benadrukken dat het helemaal niet zo’n ongewone gebeurtenis is.
Lastig verhaal
Bernard Roelen, voortplantingsdeskundige aan de Universiteit Utrecht, noemt het onderzoek een interessant verhaal, maar erg lastig om juist te interpreteren. “Dit is een studie van verschillende studies. Die zijn uitgevoerd in verschillende centra, gedurende verschillende jaren, met eigen protocollen, maar ook met verschillende richtlijnen voor de ivf-behandeling (manier van eisprongopwekking, methode van bevruchting, methode van terugplaatsen etc.). Kortom, er komt heel veel statistiek bij kijken om met al deze verschillende onderzoeken dezelfde vragen te beantwoorden. De vraag is of dit kan.”
De onderzoekers doen in ieder geval een goede poging, vindt Roelen, en leggen ook duidelijk uit wat de tekortkomingen van hun analyse zijn. Zo zijn vrouwen die natuurlijk zwanger raken na ivf meer geneigd mee te doen aan een opvolgstudie, wat de uitkomst kan vertekenen. “Bovendien is het niet altijd duidelijk of dezelfde man verantwoordelijk was voor de spontane zwangerschap, en of de vrouwen hormonaal waren behandeld om de eisprong op te wekken.”
Het komt inderdaad voor dat vrouwen die een succesvol ivf-traject hebben ondergaan alsnog natuurlijk zwanger raken, beaamt de voortplantingsdeskundige. “Dat is geen (medisch) wonder, er zijn diverse verklaringen voor. Het exacte percentage van de vrouwen waarbij dit gebeurt, vind ik dan minder interessant.”
Bronnen: Human Reproduction (pdf), UCL via EurekAlert!